op het strand naar haar kleinkind te kijken, spelend aan de waterkant
In ene een enorme golf, pats, kindje weg
Die vrouw rent naar de waterkant, valt op d'r knieën, heft d'r armen, roept Heer! Heer! Help me! Ik ben een goede moeder geweest! B'nai b'rith heb ik gesteund! Hadassah! Elke vrijdag stak ik kaarsen aan!
God roept naar beneden Okee okee...
Grote golf, ligt dat jochie op het strand, oma erheen, het manneke leeft nog, ze streelt hem
God roept Ben je nou tevreden?
Hé! Waar is ze petje?!
(De volgende is Komt Leon de Winter langs een slagerij...)