woensdag 7 mei 2014

Werumeus Buning


Salade

Men bedekt, zeggen zij, de salade beter eerst met de olie en keert ze dan voorzichtig om, daarna zout en pepert me ze en doet nogmaals zo, daarna voegt men de azijn toe en doet nogmaals zo. Men heeft volgens deze klassieke salade-eters ongelijk als men de slabladen daarbij teveel in de verdrukking brengt. Grote kenners spreken hier het het duistere en wijze woord: men behandele de salade met een zorgeloze zorgvuldigheid.
     'Il ne faut pas trop fatigues la salade'
     Reeds over deze simpele ingrediënten valt veel te zeggen. Ronsard, en niemand minder, leert in zijn verzen over La Salade zijn page Amadis Jamyn:
     L'engraisserons de l'huile de Provence;
     L'huile qui vient en nos verges de France,
     Rompt l'estomac et du tout ne vaut rien,
     Voilà, Jamyn, voulà mon sou'vrain bleu.
Met andere woorden:Ronsard pleit voor olijfolie. Ik zei u toch dat wij hooglopende ruzie zouden krijgen? U verkiest de slaolie, zijnde apenotenolie, die voor vele doeleinde voortreffelijk is? Maar geef mij, voor de salade, een olijfolie, die fruitig naar de vrucht van de boom smaakt. Want om het twistgesprek kort te maken: is de olijf geen edeler vrucht dan de apenoot? Hebben Plato en Horatius hun salade niet met olijfolie gegeten, en zoudt u het beter willen weten? O zo!