vrijdag 27 maart 2009

26-03




Twee kaasjes gekocht. Munster (zie boven). Melk van Vosgezen-koe. Met zout water gewassen, net als bv. Limburger en Pont l’Eveque (C. Kon het hoedje niet vinden, nou, dan is een Frans toetsenbord nog erger; ik kan geen streepje naar rechtsboven op een E zetten zonder naar Speciale Tekens te gaan. Er zijn wel toetsen voor é en è en à.) 21 dagen kelder. Sterke geur en krachtige edoch fijne smaak. Gewurtztraminer erbij drinken. Toe maar. (John Dinger, De Blauwe Blazer, Bennekom, als mensen duur bestelden en ook nog een dure fles wijn: “Toe laar. Of ’t niks kost.”) Wordt wel met komijn gegeten en er is een soort met komijn erin, vergelijk Harzer met kummel. Ga ’t eten op pasta met gelee paprika.
En ’n Coulommiers, officieel Brie de Coulommiers. Koemelk natuurlijk, veel kleiner dan een gewone Briezoeter en smeuïger. Voor op m’n brood.



John, als ie ’n erg volgeladen bord voorbij zag komen: “Voor familie van je?” of “Je kan die mensen beter twee tientjes geven, dat ze ergens anders gaan eten”. Hij kon ook erg grof zijn. Komen er twee dames lunchen, “Jezus, twee potten; dat wordt twee keer twee voorgerechtjes”.

Boekje uit de bieb, Tropische Groenten.



Ken ze zowat allemaal behalve die hierboven, Twisted clusterbean, enorme boom, zo te zien verwant met tamarinde, o wacht, Petai. Peteh!
Dan ken ik alleen die hieronder niet, Moringa oleifera, Horse radish tree, Maleis kacang (c = tj) kelor, Indonesisch daun (onzin; betekent blad) kelor. Toch zegt me dat kelor iets...



Er staan, bij uitzondering, goede recepten in, maar ja, waar koop je hier udang kering, assem of petis udang? Of “krokante pindakaas”?
Die tamarinde, dat is een erg aardige plant. Bonen uit de assem halen, schoonmaken, planten. Bladeren zijn veervormig en vouwen dicht als ’t donker wordt. Prachtige oranje en rode bloemen. Familie van, inderdaad, kruidje-roer-me-niet.



Had het met iemand over Bomans. Leuk citaat uit Gerard Reve. “Vraag het maar aan Bomans, als ie tenminste z’n haar niet staat te wassen”.

Recept
Griet op z’n Bels
Bak moten griet rondom bruin in boter, in een ovenschaal die op de vlam mag.
Voeg blokjes appel toe en zet in de oven (190 graden), een minuut of zeven.
Meng droge witte wijn met visbouillon en werk er mosterd door.
Giet dit in de ovenschaal en roer de aanbaksels los.
Serveer met waterkers en met citroen.



Radio Classique France dat vind je hier (nieuw venster).
Veel Rameau of hoe schrijf je dat deze dagen. Hmm...



Dadelijk die kotelet, gestoofd in witte wijn met dat gedroogde citroentje.
Twee dingen over die kotelet. Ik schreef dat ie wordt losgesneden en daarna -gehakt. Ik bedoel niet op een lintzaag gezet met botsplinters in het vlees als gevolg en dunne koteletjes. En ik maak het met halskarbonade, die dan in stukjes uit elkaar valt. Gezaagde kotelet: botsplinters in je eten dan dus. Klassiek Bels is in witte wijn met mosterd en champignons, puree ernaast.



Ik maakte het zo, uiteindelijk.
Haricots verts kop kont en in koud water.
Fazantvet (bleef over na braden van een fazant in flink boter), sjalot, knof, peterselie.
Geconcentreerde groentenbouillon, witte wijn, helft gedroogd citroentje, kotelet.
Als die kotelet half gaar is blokjes aardappel erbij. Zo’n kotelet trouwens, die wordt eerst taai en later weer mals.
Haricots koken.
Saus op smaak met Colman’s mustard.
Dronk er een niet echt goedkope Pays d’Oc bij met een mooi bittertje.



Goed. Had het dus met iemand over Bomans. Ben al jaren aan het schrijven aan een stuk met veel citaten, oa. van Bomans en van Karel van het Reve. Zal regelmatig een stukje op het blog zetten.

De omgevallen boekenkast

0 De roodharige alcoholist

In een verhaal over Popper, over falsifieerbaarheid van een uitspraak als argument voor de bruikbaarheid ervan, laat Karel van het Reve de roodharige alcoholist optreden. Je mag zeggen dat je denkt dat alle roodharigen alcoholist zijn omdat je je kan voorstellen dat er niet-alcoholische roodharigen bestaan; omdat anders gezegd die roodharige alcoholisten te falsificeren zijn. Maar je mag niet zeggen dat God bestaat omdat je je geen bewijs van het niet-bestaan van God kan voorstellen. Je mocht, nu ben ik weer aan het woord, honderd jaar geleden zeggen dat alle zwanen wit zijn omdat je je zwarte zwanen kon voorstellen. Die zwarte zwanen bleken wel degelijk te bestaan. Als ik het goed heb onthouden zwommen ze in het Sentani-meer.

Het verhaal van de roodharige alcoholist gaat ongeveer als volgt, althans zo heb ik het onthouden. Een excentrieke Amerikaan looft een grote premie uit voor de wetenschapper die kan bewijzen dat de theorie van die Amerikaan klopt: alle roodharigen zijn alcoholist. Uiteindelijk kiest hij uit het hem toegezonden materiaal niet een maar twee onderzoeksvoorstellen. De eerste wetenschapper is een socioloog die enthousiast aan het werk gaat en met regelmaat faxen stuurt in de trant van “Ik heb er al 50.000 gevonden!”. Als die onderzoeken zijn afgelopen blijkt hij er honderdduizenden te hebben beschreven. Dan komt de tweede wetenschapper, een “echte wetenschapper”, met het resultaat van zijn onderzoek. “Uw theorie klopt niet. Ik heb ‘n roodharige niet-alcoholist gevonden.”

Ik heb weinig op met het soort wetenschappers als die socioloog. Maar er zijn dingen die enkel op hun manier kunnen worden onderzocht. Zoals de onderwerpen van dit verhaal: emotie, gevoel, kunst.

Ik verzamelde een enorme berg citaten.
Wittgenstein: “Een boek moet een verzameling voorbeelden zijn”.

En: het begon allemaal met een discussie.
“Kunstenaars drukken gevoelens uit.” -“Gelul” Zei ik.